Vraag gratis advies aan
Doe de Vitaminetest
In de VS publiceert de Environmental Working Group elk jaar een Dirty Dozen en Clean Fifteen. De lijsten zijn gebaseerd op gegevens van proeven die gedaan worden om het aantal pesticiden op groenten en fruit in Amerika te meten. Deze tests zijn uitgevoerd door wetenschappers van het Amerikaanse ministerie van landbouw en de Amerikaanse Food and Drug Administration.
Lees verder onder de afbeelding
Deze gegevens worden gebruikt om voedsel te rangschikken op basis van de waarschijnlijkheid dat er residu van pesticiden op aanwezig is. Ook in Nederland komen er regelmatig verontrustende artikelen naar buiten die de schadelijke stoffen op én in onze groenten en fruit belichten.
Om een goed beeld te krijgen van de huidige situatie, is het belangrijk dat we begrijpen hoe er gemeten wordt in Nederland. Onderstaande uitleg komt van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA): “Chemische bestrijdingsmiddelen, pesticiden of biociden zijn stoffen die worden gebruikt om ziekten, plagen, organismen of onkruiden te bestrijden die hinderlijk of schadelijk zijn voor de landbouw. Door het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen tijdens de teelt van groente en fruit, blijven residuen van de bestrijding achter op de behandelde gewassen.”
Hoeveel residuen er op groenten en fruit mogen zitten in de EU, wordt door EU-lidstaten vastgelegd in de Maximum Residu Limiet (hierna MRL). Hierbij worden zeer ruime veiligheidsmarges in acht genomen, gezondheidsrisico's mogen niet optreden, aldus de EU. Een andere waarde die gebruikt wordt is de zogenaamde ‘gezondheidskundige grenswaarde’, of Acute Reference Dose (ARfD). Deze waarde ligt hoger dan de MRL.
In Nederland is de NVWA dus verantwoordelijk voor de controle op het gebruik van pesticiden en het doen van steekproeven en controles. De NVWA publiceert regelmatig een voortgangsrapportage van de metingen en steekproeven die ze uitvoeren. In de laatst gepubliceerde rapportage concludeert de NVWA dat het aantal overschrijdingen van residuen op groenten en fruit in Nederland klein is. Overschrijdingen vonden ze wel. Dit was met name op producten uit landen buiten de EU, zoals: Turkije, Colombia, Suriname, de Dominicaanse Republiek, Mexico en Kenia. De overschrijdingen leverden geen gezondheidsrisico's op, aldus de NVWA.
Wanneer de NVWA een overschrijding van de MRL constateert, volgt er een boete of waarschuwing. Ook mag het betreffende product niet meer verhandeld worden. Wanneer ze ook een overschrijding van de ARfD vaststellen wordt de partij zo snel mogelijk uit de handel gehaald en vernietigd. Daarnaast moet een overschrijding van de ARfD gemeld worden aan de Europese Commissie en EU-lidstaten via het Europese Rapid Alert Systeem (RASFF).
Ondanks de negatieve reputatie van bestrijdingsmiddelen, geeft de NVWA in haar voortgangsrapportage een heldere uitleg en blijven de alarmbellen nog redelijk stil. Echter, wanneer je er een stukje dieper induikt en meerdere verslagen analyseert, gaat er toch wel het een en ander rinkelen. Zo valt in het jaarverslag van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) te lezen dat één derde van het voedsel dat in Europa wordt geconsumeerd residuen bevat van twee of meer pesticiden. Voor het zomerfruit is de situatie eigenlijk nog erger; van de geteste kersen, aardbeien en druiven bevatte meer dan 65% een cocktail aan pesticiden.
Het nieuwe EFSA-rapport bevestigt de zorgwekkende resultaten van voorgaande jaren.1 Slechts iets meer dan de helft (52,2%) van het geteste voedsel was vrij van detecteerbare residuen van bestrijdingsmiddelen. Dit terwijl bijna een derde ( 29,1%) twee of meer residuen van bestrijdingsmiddelen bevatte. Een stijging ten opzichte van het jaar daarvoor (tabel 1 en 2).2
Voor sommige producten is de situatie zorgwekkender. Zo bevat 75,6% van de krenten en bramen, en meer dan 65% van de druiven, aardbeien, kersen en peren twee of meer overblijfsels van bestrijdingsmiddelen. In één uitzonderlijk geval bevatte een monster van gojibessen uit China residuen van maar liefst 29 verschillende bestrijdingsmiddelen.
Dagblad Trouw deed een analyse van een NVWA voorgangsrapportage, hieruit bleek dat -met name- op aardbeien bijzonder veel bestrijdingsmiddelen werden teruggevonden. Gemiddeld waren aardbeien met zeven tot acht verschillende schadelijke stoffen bespoten.11 Een partij aardbeien bevatte zelfs zeventien verschillende stoffen! Dat de NVWA toen niet heeft ingegrepen komt omdat er feitelijk geen regels werden overschreden. Iedere afzonderlijke stof bleef onder de MRL. Volgens deskundigen laat dat laatste zien dat de regels niet kloppen, en de consument dus niet beschermen tegen het binnenkrijgen van te veel schadelijke stoffen.
Wetenschappers waarschuwen al jaren dat chemische mengsels de mogelijke giftigheid van afzonderlijke chemische stoffen, waaronder pesticiden kunnen vergroten.3 Dit betekent dat de metingen zoals die nu worden gedaan ongeschikt zijn om de veiligheid van de consument te garanderen.4
Hans Muilerman van de onderzoeksgroep Pesticide Action Network Europe (PAN Europe): “De NVWA werkt met een totaal achterhaalde aanpak. Daar is al dertig jaar wetenschappelijke consensus over. Je moet kijken naar het totaal van de schadelijke stoffen, naar de combinatie-effecten en niet naar de giftigheid per afzonderlijke stof. Er zijn stoffen die geen effect hebben op zichzelf, maar wel in combinatie met andere stoffen.”
Lucas Reijnders, biochemicus en emeritus hoogleraar milieukunde aan de Universiteit van Amsterdam, beaamt dit. Ook hij vindt dat toezichthouders zouden moeten kijken naar de ‘cocktaileffecten’, omdat de huidige werkwijze niets zegt over gevaren voor de volksgezondheid.
Behalve de combinatie-effecten noemt Reijnders ook het opteleffect: “Er zijn bestrijdingsmiddelen met eenzelfde effect op een bepaald enzym. Die zou je bij elkaar moeten optellen.” Onderzoekers werken aan zo’n systeem, zegt Hans Muilerman. “Een waarbij alle bestrijdingsmiddelen die schadelijk zijn voor de lever bij elkaar worden opgeteld.” Maar, zo zegt Muilerman, dan ben je er nog niet. “Aardbeien zijn niet het enige gewas met bestrijdingsmiddelen. Het zit op allerlei groenten en fruit. Het is dus belangrijk dat je ook kijkt naar wat je de rest van de dag binnenkrijgt.”
Helaas worden deze inzichten tot op heden niet door de toezichthouders van de NVWA overgenomen. De NVWA laat aan de krant weten zich aan de regels te houden van de Europese toezichthouder EFSA. Zoals eerder omschreven wordt de limiet voor schadelijke stoffen bepaald door onder andere de MRL. Wat echter minder bekend is, is dat deze norm met maar liefst 50% mag worden overschreden vanwege ‘meetonzekerheden'.5 In de praktijk betekent dit dat de NVWA pas ingrijpt wanneer het gehalte hoger is dan twee keer de MRL. We kunnen dus stellen dat er nu fruit in de schappen kan liggen dat twee keer zoveel gif bevat als de wettelijke limiet.
Sinds 2009 is in de EU een verordening van kracht waarin is bepaald dat consumenten uit voorzorg niet blootgesteld mogen worden aan hormoonverstorende stoffen.
De consumptie van voedsel met veel residuen is namelijk al meerdere malen in verband gebracht met schadelijke gevolgen. Onder andere met een verminderde vruchtbaarheid bij vrouwen en verminderde spermakwaliteit bij mannen.6,7 Toch hebben sommige van de pesticiden die in ons voedsel worden aangetroffen hormoonverstorende eigenschappen, en zouden ze, volgens de EU wetgeving, verboden moeten worden.8 Ondanks de verordening worden deze stoffen dus toch nog aangetroffen.
Uit een ander onderzoek door dagblad Trouw blijkt dat er in ongeveer de helft van de Spaanse nectarines, druiven en perziken hormoonverstorende stoffen zijn aangetroffen. Ook andere fruitsoorten, groenten, kruiden, zaden, granen, aardappelen en noten op de Nederlandse markt bevatten resten van pesticiden met hormoonverstorende eigenschappen. De stoffen worden gevonden in bijna één op de vijf producten die door de Nederlandse voedsel- en warenautoriteit NVWA zijn onderzocht.
Zoals aan het begin van dit artikel vermeld, publiceert de Environmental Working Group (EWG) elk jaar een Dirty Dozen (vieze twaalf) en een Clean Fifteen (schone vijftien). In deze lijsten heeft de EWG voedsel gerangschikt op basis van hoe waarschijnlijk het is dat er residu van pesticiden op aanwezig is. Een handige houvast wanneer je bewuster boodschappen wil doen.
Volgens het USDA's Pesticide Data Program is het meest smerige product echter niet een vers stuk fruit of groente, maar een gedroogd product: rozijnen. EWG-experts stellen dat 99% van de bijna 700 rozijnenmonsters positief testten op sporen van minimaal twee pesticiden. Eén monster bevatte maar liefst 26 verschillende pesticiden. "Als we rozijnen in onze berekeningen zouden opnemen, zouden ze de nummer één zijn op de Dirty Dozen", zegt Thomas Galligan, Ph.D, een toxicoloog voor de EWG.10
De lijst waar we enthousiast van worden! Deze conventioneel geteelde producten bevatten de laagste hoeveelheid residuen van bestrijdingsmiddelen.
Van de bevindingen in dit artikel word je waarschijnlijk niet vrolijk, maar helemaal stoppen met groente en fruit eten is natuurlijk ook geen optie. Uiteindelijk is het eten van voldoende groente en fruit het belangrijkste, ongeacht of het biologisch of conventioneel geteeld is. Wanneer je niet de mogelijkheid of het budget hebt om biologisch te eten, laat de Dirty Dozen je er niet van weerhouden producten te eten die niet biologisch zijn. De voedingsvoordelen zijn er nog steeds en de vitamines, mineralen en antioxidanten die uit de producten komen zijn essentieel. Je kunt de Dirty Dozen & Clean Fifteen-lijsten gebruiken als leidraad om zo bewuster boodschappen te doen en schonere keuzes te maken.
Bekijk ook eens onze tips hoe jij duurzaam kunt eten.